Inclusief ontwerp
Vaak zijn systemen, beleid en regelgevingen ingericht op wat voor de meerderheid van de mensen in een samenleving werkt. Maar een ander deel van de bevolking raakt daardoor tussen wal en schip. Hoe moet je bijvoorbeeld toeslagen aanvragen als je de digitale vaardigheid mist? Of gebruik maken van overheidsdiensten als je geen vaste woon- en verblijfplaats hebt? Het is tijd voor meer toegankelijke, transparante en begrijpelijke systemen. Binnen het Social Design werkveld wordt veelal ontwerpend onderzoek gedaan met en voor de mensen waar het om gaat: de mensen die de gevolgen van een ontwerp zullen merken, die er belang bij hebben: de belanghebbenden. Een inclusieve houding is daarbij onmisbaar. Maar wat is een inclusieve houding in (ontwerpend) onderzoek? Hoe kun je het inzetten? Wat levert het op? En met welke obstakels moet je rekening houden? Onze visie hierop lees je op deze pagina.
Kernbegrippen binnen inclusief ontwerp
Heb je het over een inclusieve houding, dan komen er veel verschillende begrippen om de hoek kijken. Wij houden de onderstaande betekenissen aan:
-
Diversiteit Gaat over de soorten verschillen die we met elkaar kunnen ervaren en de mix van verschillen tussen mensen. De zichtbare (huidskleur, man/vrouw, leeftijd) en de onzichtbare (gender, religie, cultuur, overtuigingen, politiek, etc.) verschillen. (Kramer, 2019)
-
Een proces van verandering van bestaande structuren waarbij drempels worden doorbroken. Met als doel een nieuwe structuur te creëren die iedereen een rechtvaardige en participatieve ervaring biedt, waardoor iedereen een volwaardig onderdeel van de samenleving wordt. (Zemni & Ben Yakoub, 2018)
-
Iedereen is evenveel waard is. Mensen hoeven hoeft niet hetzelfde te zijn, maar is ondanks, of dankzij de verschillen wel hetzelfde waard en heeft hebben wel gelijke rechten. Gelijkwaardigheid gaat over de (machts)verschillen binnen het verschil (Bouchallikht & Papaikonomou, 2021).
-
Een combinatie van factoren bepaalt iemands positie in de maatschappij. De interactie tussen de factoren zegt iets over de mate van discriminatie of privilege. Mensen bevinden zich altijd op meerdere assen van diversiteit.Sommige mensen worden uitgesloten of gediscrimineerd om meer dan één diversiteitsfactor, bijvoorbeeld vrouwen van kleur en zwarte vrouwen die worden uitgesloten om hun gender én om hun huidskleur. Kimberlé Crenshaw introduceerde in 1989 de term intersectionaliteit om dit te duiden (Crenshaw, 2005; Movisie, 2021).
Wat is inclusief ontwerp?
Een inclusieve houding in (ontwerpend) onderzoek is een open lerende houding waarbij de onderzoeker zich bewust is van diens eigen perspectief en kritisch blijft op de effecten daarvan op het onderzoek. Inclusief onderzoek gaat in de basis dus om een inclusieve houding van de onderzoeker zelf.
Een inclusieve houding is geen checklist of eenmalige tool. Het is een denk- en doe-wijze die in elke stap van het onderzoek terug moet komen. Een geïnternaliseerde houding die sensitief is voor verschillende contexten en situaties en altijd lerende is. Hier liggen ten minste vijf principes aan ten grondslag.
Vijf principes in het toepassen van een inclusieve houding
- Representatie. In inclusief onderzoek wordt gestreefd naar een goede afspiegeling van de mensen die (het meeste) effect van de uitkomst zullen ervaren: de belanghebbenden. Als er bijvoorbeeld methodes worden ontworpen voor een zorginstelling, dan wordt er niet alleen op diversiteit van type belanghebbenden (in dit geval medewerkers, bewoners, familieleden en vrijwilligers) gelet, maar ook op de verschillende culturele achtergronden en fysieke uitdagingen. Met extra aandacht voor mensen voor wie het huidige systeem minder goed werkt of die eerder niet gehoord werden. Hierbij is het belangrijk om een intersectionele benadering mee te nemen.
- Positionaliteit. De eigen positie van de onderzoeker speelt altijd een grote rol. Die ziet, interpreteert, vraagt en hoort vanuit diens eigen perspectief. Het is belangrijk dat de onderzoeker zich hiervan bewust is en kritisch is op de mogelijke effecten daarvan. Dat kunnen zowel positieve als negatieve effecten zijn: aan de ene kant kan de onderzoeker zich vanuit eigen ervaring goed inleven in de belanghebbenden, maar misschien heeft de onderzoeker ook wel (onbewuste) aannames over de belanghebbenden, waardoor ze anders worden bevraagd of hun input anders geïnterpreteerd wordt. Bewust zijn van het eigen perspectief kan deze negatieve effecten verlagen.
- Waarderen van (ervarings)deskundigheid. Een kritischere benadering met breder perspectief kan worden bereikt door (ervarings)deskundigheid in te zetten. Op veel thema’s zijn diverse experts te vinden, of ze nou door een opleiding of door het leven geschoold zijn. Beide vormen van expertise hebben hun eigen waarde en helpen om het vraagstuk vanuit een stevig fundament te benaderen.
- Mate van participatie. Het moment waarop en de vorm waarin mensen betrokken worden bij het onderzoek, is bepalend voor de invloed die ze kunnen uitoefenen op het proces en de uitkomst. Als een belanghebbende onderdeel is van het onderzoeksteam, heeft diegene een andere invloed op de uitkomst dan bij het deelnemen aan één of meerdere co-creatie sessie(s) of bij een eenmalig straatgesprek.
- Ruimte faciliteren. Inclusief (ontwerpend) onderzoek wordt opgezet en uitgevoerd op een manier waarop de deelnemers in hun kracht kunnen staan. Dit betekent dat het onderzoek en bijbehorende middelen toegankelijk zijn en aansluit op leefwerelden van de deelnemers en er zo veel mogelijk drempels om te kunnen deelnemen, weggenomen moeten worden. Er moet een ruimte gecreëerd worden waarin iedereen inbreng kan geven. Daarbij is gevoeligheid voor machtsdynamieken van belang; verschil in privileges kan voor een ongelijke inbreng zorgen.
De positieve effecten van een inclusieve houding bij ontwerpend onderzoek
Er zijn veel redenen om (ontwerpend) onderzoek inclusief in te richten. Het leidt namelijk tot de volgende positieve effecten:
- Sociaal rechtvaardig. In de eerste plaats is inclusief (ontwerpend) onderzoek sociaal rechtvaardig. Dat alleen al is genoeg reden om hiermee aan de slag te gaan. Bij het werken aan maatschappelijke vraagstukken, zou werken vanuit de principes van een inclusieve houding de norm moeten zijn.
- Uitkomsten sluiten aan op geleefde werelden. Door oprechte interesse en een lerende houding, kom je dichter tot de geleefde werelden van mensen voor wie de effecten van een onderzoek of ontwerp voelbaar zijn. Op deze manier zullen de uitkomsten beter aansluiten op deze leefwerelden en dus ook een grotere positieve en langdurige impact kennen.
- Onverwachte inzichten en ideeën. Door perspectieven toe te voegen aan je onderzoek, komen er meer onverwachte inzichten en ideeën naar voren. Dat leidt vaak tot ontwerpen die je alleen, of met mensen die op je lijken, niet had ontwikkeld.
- Oprechte verbinding. Inclusief onderzoek vergroot empathie en respect voor de mensen waarmee je werkt. Door een inclusieve houding aan te nemen verrijk je naast het ontwerpproces ook jezelf als onderzoeker en mens.
De uitdagingen van inclusief ontwerp
Een inclusieve houding levert dus veel op. Maar ook zijn er verschillende uitdagingen om rekening mee te houden:
Volledige representatie is niet mogelijk
Belangrijk om je bewust van te zijn: 100% representatie bij de selectie van deelnemers is niet mogelijk (Burton 2009). Daarom moeten er altijd afgewogen keuzes worden gemaakt om tot een zo goed mogelijke representatie van de belanghebbenden te komen. De afwegingen over wie er betrokken moeten zijn, kunnen gaan over wie het meeste effect van de uitkomst ervaart, wie het meeste moeite heeft met de huidige dienst of wiens input nog niet eerder is meegenomen.
Onbewuste vooroordelen en de kracht van de ‘norm’
We hebben allemaal onbewuste vooroordelen. Vooroordelen die ontstaan door onze opvoeding of de context waarin we leven en soms onderdeel zijn van onze samenleving. Dit bepaalt wat we als maatschappij als ‘norm’ beschouwen. Deze vooroordelen zijn vrijwel niet volledig weg te nemen. Het vraagt om kritische zelfreflectie, je eigen vooroordelen onder de loep nemen en deze zoveel mogelijk bevragen door zelf onderzoek te doen of te bespreken met collega’s. Dit bewustzijn zal ervoor zorgen dat je vooroordelen minder invloed hebben op de uitkomsten van een onderzoek.
Machtspositie van (ontwerpend) onderzoekers
“Ontwerpers moeten leren hoe ze macht kunnen inzetten en delen” (Bratteteig en Wagner, 2014). Als het gaat om het creëren van een sociaal rechtvaardig werkveld, is de grootste uitdaging misschien wel het gebrek aan bewustzijn, sensitiviteit en begrip van machtsdynamieken en -verschillen bij (ontwerpend) onderzoekers. Het vraagt om een vergroot en continu bewustzijn van de invloed die deze machtsverschillen hebben op de belanghebbenden, de relatie tussen de belanghebbenden en de maatschappelijke vraagstukken waar onderzoekers aan werken. (Goodwill, Bendor en Van der Bijl-Brouwer, 2021). Als belanghebbenden beslissingen nemen, vragen (her)formuleren of invloed uitoefenen op de uitkomst, wordt macht verlegd.
Inclusief ontwerpend onderzoek bij Afdeling Buitengewone Zaken
Bij Afdeling Buitengewone Zaken passen we de inclusieve houding toe in onze onderzoeken. We hebben onder andere een intern team ‘Inclusieve Houding’. Zij jagen het inclusieve gedachtegoed aan bij het volledige team, houden het onderwerp hoog op de agenda en ontwikkelen teamsessies voor kritisch zelfonderzoek. Als een continu leerproces blijven we onze kennis rondom dit thema verdiepen en passen we ons beleid hierop aan.
Op zoek naar concrete handvatten om met inclusief onderzoek aan de slag te gaan? Wij maken gebruik van het Positionality Wheel, Wheel of privilege en het diversiteitsvlechtwerk. Maar we zijn ook een eigen middel voor een inclusieve houding binnen social design aan het ontwikkelen.
Wil je meer weten over een inclusieve houding in (ontwerpend) onderzoek? Heb je een vraag, of wil je dat we met je meedenken? Kom dan met ons in contact.
Disclaimer: Het is niet mogelijk om een allesomvattend stuk te schrijven over inclusief (ontwerpend) onderzoek. Er is veel kennis beschikbaar en de perspectieven op dit thema zijn continu in ontwikkeling. We volgen de ontwikkelingen zo goed mogelijk en passen ook hierbij een lerende houding toe.