Skip to main site content

Over experimenteren

Met een experiment onderzoeken we op een gestructureerde wijze welke interventies een bijdrage kunnen leveren bij de aanpak van een maatschappelijk vraagstuk.

Er zijn veel redenen om experimenten in te zetten om tot een verbeterde situatie te komen. Logisch dat er dus uiteenlopende manieren zijn om een experiment op te zetten en uit te voeren. Zo kunnen gecontroleerde experimenten uitgevoerd worden in een lab-setting; door bijvoorbeeld het betalen van rekeningen na te bootsen in een studio met een doelgroep die je daar specifiek voor uitnodigt. Maar je kan ook een ‘echte’ situatie opzoeken met allerlei oncontroleerbare factoren, zoals een plek bij iemand thuis waar rekeningen binnenkomen en betaald worden. In die realiteit kom je er bijvoorbeeld achter dat rekeningen per ongeluk in laatjes kunnen verdwijnen. Met een experiment haal je snel en eenvoudig inzichten op over de haalbaarheid van nieuw beleid of een veranderde aanpak. In dit artikel leggen we uit hoe wij experimenteren, waarom we dat doen en wanneer een experiment voor ons geslaagd is.

Wat is een experiment?

Van oudsher beschouwen we een experiment als een proefondervindelijk onderzoek waarbij we achterhalen wat het effect van een bepaalde interventie is. Dat kan het verhogen van een bepaalde stof in een medicijn zijn, tot het uitproberen van een nieuw ontwerp voor de aerodynamica van wielrenners. Kortom, veel verschillende vragen en dus uiteenlopende aanpakken. 

Binnen ons vakgebied, waarbij we sociaal maatschappelijke vraagstukken aanpakken, is een experiment een type onderzoek waarbij je actief achterhaalt hoe ideeën over een bepaalde toekomst zich tot de realiteit verhouden. Zo’n toekomst kan dichtbij liggen, bijvoorbeeld hoe we mensen in de aankomende winter meer kunnen laten fietsen. Of juist op de lange termijn, bijvoorbeeld hoe we duurzamer naar Afrika kunnen reizen in 2050. Zulke ideeën kunnen nieuwe strategieën of baanbrekende visies zijn, maar ook kleine veranderingen in de maatschappij. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat je tijdelijk een straat afsluit om te zien hoe automobilisten zich opstellen of dat mensen voor een bepaalde periode hun tuintegels kunnen laten ophalen om te zien of dat ze overhaalt om te vergroenen. Omdat de directe verbinding met de realiteit essentieel is bij maatschappelijke vraagstukken, voeren wij onze experimenten altijd uit in ‘echte’ situaties. 

Nieuwe aanknopingspunten voor je ontwikkelproces 

Essentieel bij het uitvoeren van onze experimenten is het inzetten van een tijdelijke interventie in een realistische context, afgewisseld met het doen van waarnemingen. Aan de hand van het doen van die waarnemingen ontwikkelen we aanknopingspunten voor verbetering. Die bepalen of je genoeg informatie hebt om een volgende relevante stap in je proces te zetten. Willen we bijvoorbeeld toeristen verspreiden over de binnenstad en weten we met ons experiment hoe we ze naar een bepaalde buurt kunnen krijgen? Dan is het een goed moment om te kijken hoe we dat voor een andere buurt kunnen doen. Een experiment zorgt daarmee voor een goede inschatting van de haalbaarheid van je beleid, strategieën of visies en welke effecten het kan hebben.

Wild experiments

Bij een natuurlijk experiment, ofwel een experiment in de leefwereld, ben je benieuwd naar de factoren die ervoor zorgen dat een situatie oncontroleerbaar is. Ze noemen dit ook wel ‘wild experiments’. Met het experiment ga je specifiek op zoek naar wijzen, middelen en methoden die wél voor invloed kunnen zorgen. Daarbij is het een belangrijke afweging om te maken of je wilt weten dat iets werkt, of dat je exact te weten wilt komen hoe iets werkt. Doordat de context van het experiment een ongecontroleerde omgeving is, zijn de verwachtingen en uitkomsten rondom het experiment ook minder statisch en vastgelegd.

Waarom experimenteren?

Wij geloven dat de leefwereld van de doelgroep, van keukentafel tot sportclub, de waarheid in pacht heeft. Een experiment zien we dan ook als het ideale middel om snel en actief inzichten uit die realiteit op te halen. Maar dat is niet hoe het altijd gaat. Veel processen blijven namelijk hangen in vergaderkamers waardoor er vooral gespeculeerd wordt op mogelijke effecten van het beleid. Toetsing aan de realiteit ontbreekt. Experimenteren in de context van het vraagstuk biedt veel voordelen om de haalbaarheid van ideeën over een mogelijke toekomst te achterhalen. Dit zijn de belangrijkste: 

  • Verkennen – Door een experiment uit te voeren in de context krijgen we in het algemeen verbeterd zicht op ons vraagstuk. We brengen relatief eenvoudig in kaart wie de belanghebbenden zijn en ontvangen vernieuwende, onverwachte, perspectieven.
  • Duiden – Aan de hand van experimenten kunnen regelmatigheden achterhaald worden, waarmee we verbanden in kaart brengen. Komt een gedrag veelvuldig voor? Dan biedt dat een belangrijk perspectief op het vraagstuk. 
  • Openbreken – Als blijkt dat bestaande wet- en regelgeving geen ruimte biedt voor nieuwe ideeën en initiatieven kan een experiment ervoor zorgen dat nieuwe ruimtes worden gevonden. Ook kan het zo zijn dat bij organisaties of bedrijven het gevaar van groepsdenken dreigt, waardoor de kwaliteit van besluiten vermindert. Experimenten kunnen zorgen voor een open blik. 
  • Valideren –  Een experiment, groot of klein, is minder kostbaar dan een volledig geïmplementeerd, maar falend, beleid of product. Experimenten zorgen ervoor dat onvermijdelijke risico’s vroeg in het proces weg worden genomen en dat stappen worden genomen op basis van validatie in plaats van op speculatie en gevoel.

We zien dat de publieke sector op zoek is naar nieuwe manieren van experimenteren. De NSOB heeft een framework ontwikkeld waarin ze onderscheid maken tussen experimenteren voor bewijs en experimenteren voor beweging.

  • Bewijs – Moet een experiment bewijs leveren? Dan is het belangrijkste om vast te kunnen stellen ‘dat iets werkt’, meer dan ‘wat dan precies werkt’. Alleen het bewijs geeft reden om het proces door te zetten. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat we kijken hoe we het proces van reclassering kunnen verbeteren – waarbij het belangrijkste is dat we verbetering doorvoeren, ongeacht hoe die verbetering tot stand komt.
  • Beweging – Bij dit type experiment zijn we niet benieuwd of een hypothese wordt weerlegd, maar juist naar de dynamiek of het effect dat het experiment aanjaagt. Dat kan betekenen dat we de sociale cohesie in een wijk willen verbeteren waarbij het ondergeschikt is hoe dat gebeurt, maar vooral onderzocht wordt óf er cohesie gecreëerd kan worden en hoe het experiment die beweging kan faciliteren

Wat levert een experiment op?

Afhankelijk van de opzet, duur en strategie levert je experiment verschillende resultaten op. Over het algemeen zien we de volgende resultaten altijd terug:

  • Nieuwe aanknopingspunten om je aanpak of strategie mee verder te ontwikkelen.
  • Inzichten in de doelgroep en context;
  • Mogelijke aansluiting op de context van je experiment;
  • Een aangescherpt en relevanter vraagstuk;
  • Tastbare resultaten die het vervolg prikkelen – zoals je prototypes en acties.

Verschillende middelen voor experimenten

Afhankelijk van het doel en strategie van je experiment zijn er verschillende middelen die we inzetten. Voor een experiment waarbij je aan maatschappelijke vraagstukken werkt, zijn dit de meest gebruikte middelen:

  • Conversation piece: Om je doelgroep scherp te zetten en aan het praten te krijgen kan je een conversation piece inzetten. Dit is niet een directe vertaling van je idee, maar een schurend of aantrekkelijke onderdeel die mensen wel over je onderwerp aan het praten krijgt.
  • Minimum viable product: Heb je al een idee wat je aanpak of interventie kan zijn? Dan is een minimum viable product interessant als experiment. Het is een uitgeklede en eerste, versie van je idee die goed genoeg is om een indruk te krijgen en reactie op te geven. Is je idee bijvoorbeeld een tegeltaxi om bij inwoners overbodige tuintegels op te halen? Dan geeft het huren van een busje voor één weekend je al rijke inzichten in de werkbaarheid van je concept
  • Design probe: Een onderzoeksmethode waarbij je een onderzoeksmiddel gebruikt om tot diepere inzichten over de leef- en belevingswereld wereld van mensen te komen. Je geeft de doelgroep een object waarmee ze actief en zelfstandig deelnemen aan het onderzoek. Bijvoorbeeld een dagboek of fotocamera.
  • Co-reflectie: Co-reflectie is een kwalitatieve onderzoeksmethode waardoor doelgroepen beter begrepen kunnen worden. De behoeften van de eindgebruiker zijn als een ijsberg; je ziet alleen het stukje boven water. Met co-reflectie probeer je het stuk onder water in beeld te brengen.

Gerelateerde Cases

Bekijk alle cases